dinsdag 27 september 2011

Spannende nachtdienst

In de geneeskunde lijken ziektebeelden vaak in groepjes voor de komen. Zo ook dit keer. Precies in een nacht dat ik onverwachts toch dienst had omdat ik moest invallen voor een clinical officer die opeens toch niet kon. Twee vrouwen met een placenta praevia (een placenta voor de uitgang, waardoor een gewone bevalling niet mogelijk is omdat zowel moeder als kind veel bloed kunnen verliezen) kregen weeën.

Die nacht was er geen stroom. Aan het begin van de nacht werkte de generator gelukkig nog en kon ik de eerste keizersnee ‘gewoon’ doen. Daarna was het hele ziekenhuis donker omdat de diesel voor de generator op was. Ik heb verschillende mensen wakker gebeld, maar zonder resultaat.

We besloten om alle bevallende vrouwen door te sturen naar het ziekenhuis in Mzuzu. Maar ook daar was het donker, in zowel het overheids- als het missie-ziekenhuis. Gelukkig was toen de tweede vrouw met een placenta praevia zich aandiende er net weer stroom. Veel spanning en frustraties in één nacht. Maar wel mooi dat aan het eind van de nacht beide moeders met hun babies het goed maakten. We dankten God ervoor.

In één van de ziekenhuizen in Mzuzu overleefde een kind het niet. Dat haalde de nationale pers in een artikel met een politieke lading. Diesel gebrek kost levens. Mismanagement heeft consequenties.

woensdag 21 september 2011

Politieke verdeeldheid op alle fronten. De straten blijven leeg.

Vandaag, 21 september 2011, zou de dag zijn van nieuwe landelijke demonstraties tegen het beleid van de president. Ook al hadden de organisatoren dit keer het woord ‘demonstratie’ ingeruild voor ‘wake’ om associaties met de vorige gewelddadig verlopen demonstraties te vermijden. Net als op 17 augustus zijn de wakes echter op het allerlaatste moment afgeblazen. Of liever gezegd, omgezet in “huiswakes”: mensen zijn opgeroepen om thuis te blijven en te bidden voor het land.

Het had een sterk signaal kunnen zijn, ware het niet dat achter deze mooie woorden stuurloosheid en gebrek aan planning en coordinatie van de oppositie schuilgaan. Het gezamenlijke front van maatschappelijke organisaties dat zo sterk was tussen 20 juli (de eerste demonstraties) en 17 augustus (de afgelaste tweede ronde), is aan het verbrokkelen.

Dat die verbrokkeling zou gaan gebeuren was niet direct te voorzien. De start na 17 augustus was hoopvol. De CSOs (=Civil Society Organisations = organisaties van het maatschappelijk middenveld, d.w.z. kerken, vakbonden en mensenrechtenorganisaties) gingen gezamenlijk onderhandelen met een onderhandelingsdelegatie van de regering. Dit proces werd begeleid door een VN-gezant. Na een paar weken kwam deze onderhandelingen echter in een impasse, omdat de regeringsdelegatie geen mandaat had om toezeggingen te doen: de president kon alle afspraken nog vetoën en deed dat in een aantal gevallen ook. Verder bleef de president in publieke bijeenkomsten de oppositie kleineren (‘de grondwet zegt nergens dat ik verantwoording moet afleggen aan maatschappelijke groeperingen’), beschuldigen (‘jullie zijn uit op regime change’), uitschelden (‘Gajes, oproerkraaiers’ ) en bedreigen (‘I will smoke you out’, ‘ I am ready for war’ ). Over die ‘war’  and ‘smoke you out’  uitspraken moesten zijn ondergeschikten zich haasten om uit te leggen dat dat natuurlijk niet letterlijk was bedoeld. Maar niet iedereen vatte de subtiliteit van de presidentiële uitspraken: afgelopen week gingen 2 huizen en 1 kantoor van oppositieleiders in vlammen op. De daders zijn nog niet opgepakt, maar voor de oppositie is wel duidelijk wie er uiteindelijk achter zitten…

Kortom, er is geen sfeer van vertrouwen tussen regering en oppositie om onderhandelingen effectief te laten zijn. Je zou zeggen dat door bovenstaande acties de gezamenlijke ‘vijand’ voldoende zichtbaar bleef om de oppositie te verenigen. Toch verbrokkelde blijkbaar achter de scherm ook de samenhang in de oppositie. Want hoewel vorige week gezamenlijk het vertrouwen  in de onderhandeling werd opgezegd, blijkt de afgelopen dagen de ene na de andere organisatie zich terug te trekken uit de demonstraties en de wakes.

Met terugwerkende kracht krijg je dan meer en meer bewondering voor de processen achter de schermen die ongetwijfeld in al die oppositiebewegingen in Arabische landen hebben plaatsgevonden: ook daar zal de oppositie geen eenheid zijn geweest en we zien nu hoe moeilijk het is om het front desondanks gesloten te houden.

Het is niet duidelijk wie hier nu leiding geeft aan het proces binnen de coalitie van oppositie-groepen. Wel is duidelijk dat er onenigheid is over de te volgen koers – doorgaan met dialoog of weer de straat op. Sterke leiding met groot moreel gezag zal nodig zijn om de oppositiepartijen te verbinden tot een groep waar de regering niet omheen kan. Het helpt waarschijnlijk ook niet dat een aantal sleutelfiguren zich om redenen van persoonlijke veiligheid in het buitenland moeten ophouden.

Ondertussen spelen de president en zijn nieuwe kabinet zeer effectief het spel van verdeel en heers, van ‘good guys’ en ‘bad guys’. De ene minister maakt de oppositie uit voor ‘opportunistische zakkenvullers’ (die onder het mom van ‘democratisering’ donor-gelden in hun eigen zak steken) of . De andere minister geeft aan dat de regering best wil overwegen om een aantal recente controversiële wetten te wijzigen (iets waarvan de president eerder altijd had aangegeven dat het niet aan de regering maar aan het parlement was om dat ter tafel te brengen). Hoewel op die manier onduidelijk blijft wat de regering echt wil, krijgt iedereen wel weer argumenten voor zijn eigen standpunt.

Door de telkens veranderende aanpak, merk je dat mensen op het grondvlak het vertrouwen aan het verliezen zijn. “Ah, everything will stay as it is.”, zei onze watchman gisteren toen ik hem vroeg naar zijn inschattting van de situatie. De sfeer deze dagen is gelaten, heel anders dan rond 17 augustus, toen iedereen gespannen was en bereid om de straat op te gaan om te zorgen dat de regering gaat luisteren.

We zullen zien hoe de situatie zich verder zal ontwikkelen. Van een afstandje bezien, denk ik dat de oppositie en demonstraties bestwel een duidelijk signaal hebben gegeven dat – misschien tegen heug en meug -  op veel punten bestwel is opgepikt door de regering. Maar de kunst voor de oppositie zal zijn om de druk erop te houden en een manier te (her)vinden om als oppositie met één stem te spreken en een eenduidig plan van actie te communiceren. Anders gaat iedereen weer over tot de orde van de dag.

donderdag 15 september 2011

Een paar foto’s van de meisjes

‘s Morgens gaan Anneke en Thomas rond 7 uur de deur uit. Anneke brengt dan Thomas naar school en gaat vervolgens naar haar werk. Ik ben dan nog even alleen thuis met de meiden. Om 8 uur komt mama Ellen. Het uurtje daartussen vult zich met huishoudelijke klussen en vaak ga ik ook al gewoon aan het werk in de studeerkamer, terwijl Ruth en Marije in de kamer spelen. Vanmorgen gebruikte ik de gelegenheid om nog wat foto’s van ze te maken.

  image
  image
  image
  image
  image

dinsdag 6 september 2011

Duwen en trekken aan nieuw beleid

Verwarring alom. Waren de voorstellen voor de wijzigingen in de kerkorde nu geaccepteerd of niet? De voorzitter van de taskforce Ministers & Leadership Training liep met een gezicht op onweer naar me toe. De bespreking was in Chitumbuka verlopen en de finesses had ik niet helemaal kunnen volgen. “Hebben we het nieuwe beleid er door gekregen?” vraag ik hem zodra hij bij me is. “Weet ik niet, het lijkt erop dat ze de coördinerend ouderling hebben geschrapt.” De teleurstelling spreekt uit zijn hele lichaamshouding. Hij pakt zijn papieren bij elkaar en loopt terug naar zijn zitplaats. Ik denk: “Dat kan toch niet waar zijn? Gestrand in het zicht van de haven?”

   image
  Synode in vergadering in de kerk in Ekwendeni.

Een paar minuten later wordt de synode-vergadering geschorst voor lunch. Ik loop direct naar de Rev. Munthali en Rev. Nyasulu, deputy general secretary en de vice-voorzitter van de Synode, beide nauw betrokken bij de ontwikkeling van het voorgestelde beleid en de bijbehorende wijzigingen in de kerkorde. Zij zijn ook duidelijk geïrriteerd: heeft de voorzitter zijn bezwaren tegen ons voorstel doorgeduwd? Ze zijn er niet zeker over. “Waarom begon hij nu in eens over actieve en niet-actieve ouderlingen terwijl het gewoon over het quorum ging?” vragen ze zich af. “Kunnen jullie hem vragen om uitleg te geven wat nu besloten is?” vraag ik. “Gaan we direct doen.” beloven ze.

Ik ben op de Synode-vergadering van 2011. Sinds begin 2010 heb ik nauw samengewerkt met een taskforce die de praktijk van het pastorale werk van ouderlingen en diakenen moest evalueren en voorstellen moest doen voor verbeteringen. We hebben er twee jaar lang heel hard aan gewerkt: 200 ouderlingen en diakenen geïnterviewd, 24 consultatie-bijeenkomsten met meer dan 700 aanwezigen georganiseerd, achtergrondrapporten laten schrijven door onze Theologisch Hogeschool, enz. Vorige jaar hadden we tijdens de synode al een eerste voorstel gedaan voor nieuw beleid. Dat was toen behoorlijk ‘afgeschoten’. Nu kwamen we met een aangepast voorstel opnieuw naar de synode. De climax van maanden en weken intensief overleg.

Achtergronden
Waar gaat het om? Onze kerk heeft zo’n 170.000 belijdende leden, 26.500 ouderlingen en 13.500 diakenen. Ouderlingen worden voor het leven benoemd, maar velen worden naar verloop van tijd steeds minder actief. Door elk jaar nieuwe ouderlingen te benoemen, wordt het aantal actieve ouderlingen telkens weer aangevuld. Maar vaak krijgen nieuwe leiders in de gemeente geen of nauwelijks instructie over wat er van ze verwacht wordt. Ze kijken dan maar naar wat de anderen doen en aangezien die niet zo actief (meer) zijn, is het eindresultaat dat het pastoraat in veel gemeenten niet goed loopt.

Ons voorstel werkt een nieuw beleid voor ouderlingen en diakenen uit op basis van 4 principes/thema’s:

  • Verkiezingen
    Ouderlingen en diakenen worden gekozen door de mensen uit hun wijksectie (tot nu toe werden nieuwe ouderlingen en diakenen benoemd door de kerkenraad, soms na voordracht uit de gemeente, maar dat is niet verplicht)
  • Coördinatie
    In elke wijksectie wordt 1 coordinerend ouderling en diaken gekozen (omdat het ambt voor het leven is, kunnen in een wijk meerdere ouderlingen wonen, actief en minder actief. Nu is in elk geval één persoon verantwoordelijk voor coordinatie van het pastoraat)
  • Verplichte training
    Elke nieuwe ouderling en diaken is verplicht een basiscursus voor ambtsdragers te volgen die in elke gemeente zal worden georganiseerd (nu hangt dit af van het initiatief en de voorkeuren van de gemeentepredikant)
  • Verantwoording en ambtstermijnen
    Ouderling ben en blijf je voor het leven, maar in leidinggevende rollen kun je maximaal 2 keer 4 jaar actief zijn, daarna moet je er in elk geval 4 jaar ‘uit’ (nu kunnen mensen 20 jaar scriba zijn)

Het voorstel zat vol potentieel controversiële punten: verkiezingen, nieuwe posities, beperking van ambtstermijnen. Tijdens de Synode vergadering in 2010 waren we met name op het punt van de beperking van de ambtstermijnen zwaar onder vuur genomen. We hadden toen voorgesteld dat ouderlingen na 8 jaar ‘resting elder’ zouden worden. Als ‘resting elder’ mochten ze  nog steeds heel veel pastoraal werk doen, maar ze waren niet meer verantwoordelijk voor pastoraal werk in hun wijk en ze mochten niet meer stemmen in de kerkenraad.

Dat laatste lag zeer, zeer gevoelig, want “ordination for life” is voor de meeste CCAP-ers “heilig”. Eens een ouderling, altijd een ouderling. Dat kun je iemand niet ontnemen. Ouderlingschap is hier geen rol die je vervult voor een tijd, maar wordt deel van je identiteit, zoals gedoopt-zijn en belijdenis-doen.

  image
  |Tijdens de schorsingen zie je overal groepjes gedelegeerden agendapunten voor- of nabespreken. En natuurlijk worden de laatste nieuwtjes en geruchten uitgewisseld.

Lobbyen vooraf
Onze nieuwe voorstel komt aan veel bezwaren tegemoet, maar in de laatste twee weken voorafgaand aan de Synode van 2011 vergaderen we als taskforce bijna dagelijks met verschillende groepering in de kerk om te komen tot een voorstel dat de kerkleiding zal durven presenteren, een voorstel dat op voldoende draagvlak kan regelen.

En zo had ik op de dag voor het begin van de Synode-vergadering het voorstel nog drastisch om moeten werken omdat de voorzitter van de Synode (onze voormalige buurman in Ekwendeni) ons voorstel op belangrijke punten toch niet wilde steunen. Samen met de taskforce-voorzitter heb ik toen in grote haast een alternatief voorstel ontwikkeld waarin de kern van ons eerste voorstel behouden bleef en tegelijk tegemoet gekomen werd aan de bezwaren.

Op vrijdagmiddag hadden we een voorpresentatie van onze plannen georganiseerd. Met geld uit het projectbudget hebben we kunnen regelen dat alle Synode-afgevaardigden een halve dag eerder komen, zodat we ruim de tijd hebben om ze de achtergronden bij ons voorstel heen te praten. Zo’n 80% van hen is aanwezig, een mooie opkomst. Helaas kunnen we de stukken pas ‘s avonds laat uitdelen om de copyshop van de kerk ons lelijk heeft laten zitten. Op zich wel een ervaring die ik niet snel zal vergeten: om 9 uur ‘s avond ga ik de slaapzalen van de plaatselijk middelbare meisjesschool (waar de gedelegeerden zijn ondergebracht en al bezig zijn om naar bed te gaan) af om kerkordewijzigingen uit te delen… De interesse is groot: velen beginnen gelijk, in of op hun bed, te lezen.

image
Rev. Mvula bereidt zijn presentatie voor.

Presenteren
En nu is het dus maandag, het moment suprème. Om 11 uur, na de tea-break en één andere presentatie, mogen wij presenteren. Ik loop samen met Sangster Nkhandwe, tijdelijk voorzitter van de Planning Committee (soort Raad van Advies), en Rev. Henry Mvula, voorzitter van de taskforce, naar voren. Nkhandwe introduceert mij en ik krijg het woord om in een kleine 20 minuten de Synode bij te praten over de voortgang van de projecten voor het strategisch plan van de kerk.

Er zijn niet veel vragen. Alleen over onze financiële rapportages en over de noodzaak bijbelvertalingen in alle talen van het Noorden van Malawi te regelen. Na afloop krijg ik veel positieve reacties van mensen. Ze zijn erg enthousiast over het werk aan het strategisch plan. Het is leuk om dat te horen.

Onduidelijkheid
Gelijk na mijn verhaal is de beurt aan Rev. Mvula. Hij herhaalt in een paar minuten nog even kort de doelstellingen van het nieuwe voorstel. Vervolgens vraagt hij de voorzitter het nieuwe beleid en de kerkordewijzigingen voor te leggen voor discussie en acceptatie. Om de beurt staan de scriba en de plaatsvervangend scriba van de Synode op om zich uit te spreken voor het voorgestelde beleid. Ze werpen hun gewicht in de schaal. Mooi om te zien.

Vervolgens komt er een discussie op gang die zich concentreert op het punt van het “quorum”: hoeveel mensen moeten minimaal aanwezig zijn om een vergadering geldig te laten zijn. Ons voorstel wordt bekritiseerd. Men is het niet eens met ons voorstel om in de telling de coordinerende ouderlingen een aparte status te geven. “Hoe zeer we de bijdragen van voorzitters en secretarissen ook waarderen, als het gaat om stemmen zijn we uiteindelijk allemaal gelijk. Dat is onze presbyteriaanse traditie.” Gelijk hebben ze. 

Maar dan lijkt het mis te gaan. De moderator brengt de discussie namelijk nogal ambivalent tot een conclusie: “dus alles blijft zo als het is?” De zaal bromt instemmend. Maar voor velen blijkt het niet duidelijk hoever ‘alles’ in ‘alles blijft zoals het is’ gaat.

Blijven duwen
Tijdens de schorsing spreek ik buiten met de 2 notulisten. Volgens hen is het niet zo dramatisch: het beleidsplan is aangenomen op het punt van quorum na. Dat blijft zoals het is. Ik leg bij de lunch deze lezing voor aan de Synode-scriba. Hij beaamt: de coordinerend ouderling is “erdoor”, is deel van wat is aangenomen. Ik geef aan dat er onduidelijkheid is onder de gedelegeerden en ik suggereer dat het goed zou zijn als hij het uiteindelijke besluit nog een keer duidelijk formuleert na de hervatting van de vergadering.

Een tijdje later trek ik de stoute schoenen aan en spreek ook de synode-voorzitter aan over de onduidelijkheden. Ook hij bevestigt de lezing dat alleen het quorum-voorstel is verworpen. Hij belooft dat hij dat ook nog een keer zal zeggen tijdens de vergadering.

Ik vertel aan Rev. Mvula wat ik heb gehoord. Hijzelf voelde zich blijkbaar niet vrij om GS, moderator, etc aan te spreken over de onduidelijkheden. Hij leek gelaten en niet meer in staat om te vechten voor het beste eindresultaat. Maar het is toch gelukt: we hebben nieuw beleid voor ouderlingen en diakenen. Door de vertraging en de onduidelijkheid dringt het nog niet echt tot mij en de anderen door. Maar het blijft een bijzonder moment, de kroon op 2 jaar hard werken.

image
Overzichtsbeeld van de Synode in vergadering.

maandag 5 september 2011

Thomas weer naar school

Vandaag is het de eerste schooldag in Malawi. Vanochtend hebben we Thomas met z’n allen naar school gebracht. Hij vond het niet leuk toen we weggingen, maar hij zit weer bij dezelfde juf als vorig jaar en hij kent ook al een heel aantal kinderen. Dus het is niet allemaal nieuw, maar toch nog steeds spannend. We zijn benieuwd hoe het zal gaan vanochtend. Hieronder een fotoverslag.

Update 12:20:
Thomas is nu weer thuis uit school. Hij vond het heel erg leuk en is vol enthousiaste verhalen over wat hij allemaal heeft geleerd en gedaan.

  image
  Gisteravond maakten we nog even een ‘statieportret’ van Thomas in zijn nieuwe uniform. We bedachten dat we een zelfde foto bij zijn eerste schooldag in 2009 ook maakten. Ik heb de beelden even naast elkaar gezet. Geeft een goed beeld van zijn groei en ontwikkeling.
  image
  Een beetje gespannen.
   image
  Met z’n allen op pad.
  image
  Vlakbij school
  image
  Welkom door zijn juf.
Tegelijk komt Thomas’ vriendje Michael aan.
  image
  In de klas
  image
  Anneke loopt op de terugweg gelijk door naar het ziekenhuis.
  image
  Marije gaat thuis puzzelen.
  image
  Ruth ligt nog even te spelen op het speelkleed.

vrijdag 2 september 2011

Beelden van de kinderen

Ik (Martijn) ben een stukje aan het typen over de synodevergadering. Dat volgt later, want ondertussen zat ik ook onze foto’s even bij te werken. Veel leuke foto’s van de kinderen. Die passen niet echt bij een stuk over beleid. Dus die zet ik nu maar eerst online.

  image
  We probeerden een ‘statieportret’ te maken met de kinderen. De foto’s vooraf – waarop ze allemaal net niet kijken – waren achteraf toch het mooist.
  image
  Ruth kan zich nu naar haar buik draaien, als ze wil (maar meestal heeft ze geen zin).
  image
  Ruth houdt erg van zitten. Ze wil vaak niet bij mama Ellen op de rug. Die zet haar dan met een paar dekens op het speelkleed met wat speelgoed.
  image
  Inmiddels is Thomas’ fiets aangekomen. Hij geniet er enorm van om achter ons huis rondjes te crossen.
  image
  Marije heeft nu ook haar eigen fiets en doet dappere pogingen om in het rulle zand met zijwieltjes toch vooruit te komen.
  image
  Thomas geniet van het leren lezen thuis. Hij kan al goed zelf uit de voeten met de verhaaltjes in zijn leerboek. Volgende week gaat hij weer (‘s ochtends) naar de Engelstalige Malawiaanse basisschool. Hij heeft er nog niet echt zin in, maar ook geen grote tegenzin.