vrijdag 24 juni 2011

Verweven

In ons leven hier in Malawi zitten wonen en werken dicht op elkaar. Ze zijn met elkaar verweven. We merken dat dat veel voordelen heeft. Allereerst praktisch: Anneke kan als Ruth wakker is geworden gewoon even voor een half uurtje teruglopen uit het ziekenhuis, haar voeden, een kop koffie doen en dan weer doorgaan met het zien van patiënten.

Daarnaast levert het situaties op die je je in Nederland nauwelijks kunt voorstellen. Afgelopen woensdag was het bijbelkring bij ons thuis. We lazen met elkaar Jozua 24, waarin Jozua het volk de keuze geeft: dienen jullie de goden van je voorouders, of de goden van de volken om je heen, of de God die jullie uit Egypte hier bracht? En dan volgt de bekende tekst: “Ik en mijn huis, wij zullen de HEERE dienen.” Het volk zegt daarop heel hard: “Wij ook!”. Waarna Jozua heel ontnuchterend en realistisch zegt: “Dat kunnen jullie helemaal niet. Dat gaat jullie helemaal niet lukken. En weet wel: als je bij deze keuze blijft, zal de straf vreselijk zijn als je toch andere goden gaat dienen.”

Wij vroegen ons af of wij net als Jozua reageren op mensen die in hun enthousiasme – tijdens een conferentie, of tijdens een evangelisatie-campagne – aangeven christen te willen worden. Zeggen we dan: “Dat kun je helemaal niet… Dat hou je nooit vol.”? Voor ons is Jozua’s benadering toch wel een beetje van de negatieve kant.

Tegelijk weten we ook dat de sfeer tijdens groepsbijeenkomsten heel aanstekelijk kan werken. Als je thuis komt, kunnen je besluiten en voornemens in de realiteit van elke dag behoorlijk tegen vallen.

Waarom schrijf ik dit? Omdat ik het bijzonder vond dat ik de dag na de bijbelkring, op donderdag-middag, in een gesprek over de taken en prioriteiten voor de evangelisatie-afdeling van de kerk naar deze overwegingen kon verwijzen. De directeur van de afdeling zit namelijk ook op onze bijbelkring. Ik vond dat wel een speciale ervaring: om iets wat we de avond ervoor hadden aangereikt gekregen, direct toe te passen in onze beleidsvorming.

Eén van de speerpunten voor het werk van de evangelisatie-afdeling zal dan ook worden om te zorgen dat we de ‘follow-up’ na evangelisatie-activiteiten willen verbeteren, zodat mensen de ‘morning after’ goed begeleid worden.

Zo verweeft wat je thuis doet zich heel organisch met wat er op je werk gebeurt.

   image
  Afgelopen zaterdag zijn we voor het eerst weer een dagje naar het meer geweest. Speciaal voor neef Pieter een foto van het “zachte zand”…
  image
  Ruth zit regelmatig op de rug bij mama Ellen.
  image
  En Marije speelt dat na met haar poppen.

maandag 13 juni 2011

Meer op orde?

Ik heb weer twee ochtenden gewerkt en het gaat weer beter. Misschien wen ik er weer aan dat er allerlei dingen niet zijn. De zakken voor bloedtransfusies zijn in ieder geval weer binnen. Het blijkt nu wel dat we nog maar 4 Hepatitis B testen hebben liggen. Als die op zijn kunnen we het donorbloed niet testen en dus ook niet geven. En onze lab-technicus zit in een luxe conferentieoord een cursus te volgen. Maar ach...dit weekend heeft een kind dat het hard nodig had een bloedtransfusie kunnen krijgen. Er blijft in ieder geval nog genoeg te doen. Het voorraadbeheer systeem dat ik voor ons verlof had geïntroduceerd (maar dat nog geen wortel had geschoten) probeer ik weer nieuw leven in te blazen.

Vandaag heb ik ook weer voor het eerst een keizersnee gedaan. Dat vond ik toch ook wel weer spannend, maar het ging goed. Vooraf aan de operatie begonnen we zoals ‘gewoonlijk’ met gebed, dit keer door de moeder zelf. Later kreeg ik wel een sms van Martijn dat Ruth me nodig had. Het was maar goed dat hij die pas had verstuurd op het moment dat hij dacht dat de keizersnede wel ongeveer klaar moest zijn. Ondertussen had Ruth bij mama Ellen op de rug gezeten, die inmiddels gelukkig ook weer beter is.

Verbonden met de wereldwijde kerk

Gisteren hebben we ook hier Pinksteren gevierd. Bij het opzeggen van de geloofsbelijdenis waren we ons bewust dat dit wereldwijd en al eeuwenlang wordt gedaan. In zoveel talen.

‘s Avonds hebben we de dienst van onze thuisgemeente in Delft beluisterd. Wij waren gevraagd om een groet te sturen die werd voorgelezen door iemand van de thuisfrontcommissie. Het was ook mooi om de berichten uit Tsjaad, uit Delft en ook nog uit Hongarije te horen. We vonden het bemoedigend dat er voor ons werd gebeden en dat we werden toegezongen.

De week ervoor zijn wij weer verwelkomd in de kerk in Ekwendeni. “You have a story to tell”. Die story is Ruth, ofwel Lusungu. Kennelijk had niet iedereen begrepen waarom we zolang op verlof waren. Ze werd met een applaus ontvangen. En ook wij werden met hartelijke woorden toegesproken. Op onze beurt hebben wij de groeten van onze gemeente in Delft overgebracht.

woensdag 8 juni 2011

Even gas terug

Anneke is vandaag niet gaan werken. Enerzijds noodgedwongen, omdat mama Ellen 3+ (dwz zeer hevig) malaria heeft  en deze week nog wel niet zal kunnen werken. Anderzijds ook om zelf meer tijd en aandacht voor de kinderen te hebben. Met 5 ochtenden per week aan de slag in een chaotisch ziekenhuis was toch iets te ambitieus, temeer omdat dan de rest van de dag het ziekenhuis in haar hoofd zit. Komende paar weken zal ze het iets rustiger aandoen en langzaam opbouwen. De andere artsen drongen daar ook opaan, wat wel een opluchting was. Ze heeft vandaag overigens wel kunnen regelen dat de bloedzakken en infuusvloeistoffen worden opgestuurd. Zo draagt ze haar steentje bij door de apotheek en het laboratorium weer een beetje op orde te krijgen en de situatie weer meer werkbaar te maken.

  image
 

De kinderen voelen zich weer helemaal thuis hier. Thomas en Marije spelen heerlijk met elkaar.

  image
 

En vanmiddag was Chindikani er weer. Hier zit hij samen met Thomas een kleurplaat van ridders te kleuren.

dinsdag 7 juni 2011

Chaotisch beginnen

  image
  We zitten alweer een dag zonder water. Onaangekondigd uiteraard en ook onuitgelegd. Volgens de geruchten zijn ze bezig om nieuwe leidingen aan oude leidingen te knopen. Er is dus in heel Ekwendeni geen water. Twee weken geleden schijnt dat drie dagen te hebben geduurd. Gelukkig hebben we een regentank die nog aardig vol zat en dus kunnen we met wat improvisatie zelfs nog een was draaien.

Verder loopt alles vandaag wat anders dan gepland, omdat mama Ellen malaria heeft. Ze kwam om 8 uur nog wel hier, maar ik heb haar gelijk naar het ziekenhuis gestuurd om medicijnen te halen. Ik ben niet gaan werken, maar aan de huishoudelijke taken begonnen, terwijl Anneke in het ziekenhuis aan de slag is. Ruth slaapt nu al de hele ochtend. De buurvrouw (Antoinette Jiskoot) heeft net Thomas en Marije opgehaald om even bij haar te kunnen knutselen. Dat geeft mij de gelegenheid om te beginnen aan wat ik eigenlijk wilde gaan doen vandaag.

Zo werkt het vaak: er zijn altijd onverwachte dingen. Zo ben ik gisteravond de hele avond bezig geweest om één mailtje weg te krijgen, omdat onze computer ‘geblacklist’ bleek te zijn bij kpn in Nederland en dat daarom onze mails aan kpnplanet, hetnet, etc.-adressen niet aankomen. Is nog steeds niet opgelost, maar met wat omwegen krijg ik de mails wel weg.

Ondertussen is Anneke thuis uit het ziekenhuis. Gisteren duizelde het haar en vandaag nog steeds: er is zoveel niet in orde. Zo blijken er bijvoorbeeld al twee maanden geen bloedzakken te zijn (essentieel voor bloedtransfusies).

“Wat doe je dan als een patient bloed nodig heeft?”
”Dan zijn we ‘stuck’. Dan verwijzen we door.”
Maar daar is vaak geen tijd voor en dat kan dus levensgevaarlijk zijn.

“Waarom zijn er geen bloedzakken? Niet beschikbaar?”
”Nee”,
zegt de één, “is een landelijk probleem.”
“Nee hoor”
, zegt de ander, “ik heb gehoord dat die en die leveranciers ze kunnen leveren.”
“Waarom zijn die niet gebeld?”
”Ik had geen ‘units’ (d.w.z. beltegoed).”
”Had het ziekenhuis ook geen units?”

”Nee, en toen ik een keer wel units had, deed de fax het niet voor de prijsopgaaf.”
”Waarom niet?”
”De faxlijn is afgesloten omdat de rekening niet is betaald.”
”Konden ze het niet emailen?”
”Nee, want internet doet het ook niet.”
”In het hele ziekenhuis niet?”
”Nee.”
”Ook niet bij de Primary Health Care (een aparte afdeling waar veel donorgeld naar toegaat)?”
”Nee.”

Mensen kunnen overlijden omdat een apothekersassistent geen beltegoed heeft om leveranciers te bellen. Zo eenvoudig is het soms, een leven redden. En zo moeilijk tegelijk.

Horen dat er vrouwen overlijden om redenen die voor je gevoel te voorkomen waren. Horen dat er kinderen overlijden omdat medicijnen er niet zijn. Dat raakt je. De organisatorische problemen erachter wil je dan liefst zo snel mogelijk oplossen. En tegelijk wil je de ernstig zieke patiënten aandacht geven. En ondertussen moet je (en wil je graag) Ruth voeden. En Thomas en Marije aandacht geven. En Thomas les geven, want dat vindt hij zo leuk. Dan duizelt het in je hoofd.

maandag 6 juni 2011

Weer aan het werk

  image
  Anneke is vanochtend om 7 uur voor het eerst weer naar haar werk gegaan. Het plan is dat ze rond 11 uur naar huis komt om Ruth te voeden. Ik ga vanochtend thuiswerken en vanmiddag heb ik mijn eerste vergadering in Mzuzu.
  image
  Thomas en Marije zijn heerlijk buiten aan het spelen. Ze zijn – zelfbenoemde – “kippenjagers”. Thomas met touw en zwaard, Marije met stok en een zak ‘kogels’.

donderdag 2 juni 2011

Op bezoek bij Thomas school en mama’ Ellen

   image
  Vandaag zijn we even langs gegaan bij Wukani, Thomas’ school in Ekwendeni. Hij mocht even zijn klasgenootjes groeten. Deze periode zal hij nog niet naar school gaan – hij hoopt in september weer te beginnen.
  image
  We overhandigden Thomas’ juf een tas met cadeautjes die verzameld waren door de kinderen op Thomas’ school in Delft. De juf in Ekwendeni zal de cadeautjes op een geschikt moment uitdelen aan de kinderen.
  image
  Daarna zijn we doorgelopen naar het nieuwe huis van mama Ellen.
  image 
  We kregen een lunch van nsima met beef aangeboden. (Deze foto is gemaakt door Thomas, die graag wilde oefenen in fotograferen).
  image
  Ruth met mama Ellen

woensdag 1 juni 2011

Thomas’ eerste les Wereldschool

  image
 

Thomas had vandaag zijn eerste les met het materiaal van groep 3 voor de Wereldschool. Het is nog even improviseren voor een goede ruimte, maar op zijn kamertje zitten we het rustigste. We gaan proberen bijna elke dag een les te doen. Best intensief, maar hij vindt het heel leuk: hij zat er al de hele week om te vragen. Als het nieuwe schooljaar van zijn lokale school weer begint, zal hij daar ook weer naartoe gaan.