vrijdag 28 augustus 2009

“Omdat ik heel erg van grote kazen hou…”

Het is vrijdagavond. Heerlijk dat het weekend is. Vorig weekend had ik dienst, en moest Martijn er nog opuit met de Youth afdeling. Nu genieten we extra van even rust. We kijken terug op een afwisselende week.

Thomas mist Hanne, Pieter en Maria en zoekt nu een ander vriendje. Vanavond, terwijl hij net ons laatste stukje kaas opsmikkelde, riep hij hard dat hij nú naar Nederland wilde. ‘Waarom dan?’ vroegen we. ‘Omdat ik heel erg van grote kazen hou, en hagelslag en een witte bank.’ Marije loopt steeds parmantig rond en wil mij nu ook ‘s morgens wegbrengen. Als ze terug moet stribbelt ze erg tegen...

Een beetje als verrassing kwam er deze week een taaldocente langs van wie we elke dag twee uur les konden krijgen in Chitumbuka. Het leek ons goed om dat te doen om ons taalniveau, met name in het spreken, wat op te krikken. We genoten er weer erg van. De grote stap blijft ´just do it´: met de woorden en grammatica die we kennen daadwerkelijk gesprekken helemaal in Tumbuka te voeren in plaats van naar Engels over te gaan als het lastig wordt (of niet snel genoeg gaat naar onze zin).

Deze laaste weken hadden we genoeg clinical officers. Zij liepen visite op de afdelingen en ik zag met name de ‘moeilijke’ patienten. Leuk om zo bij veel afdelingen betrokken te zijn. Maar soms blijft het ook frustrerend dat je maar weinig kunt doen wat betreft diagnostiek of behandeling.

Wat me deze week erg raakte was een meisje met hondsdolheid. Ze was een aantal weken geleden gebeten door een hond en begon nu vreemd gedrag te vertonen. Even dachten we nog dat ze opknapte op antibiotica en dat het geen hondsdolheid was. Maar jammergenoeg was dat het wel. Woensdagochtend heb ik samen met een clinical officer een tijd bij de moeder met het zieke meisje gezeten en gepraat. Het meisje was erg onrustig en was zichzelf aan het bijten. Vreselijk om te zien. We besloten haar met medicijnen in slaap te houden. Toen ik aan het begin van de middag terugkwam op de afdeling, bleek ze te zijn overleden. Wat een vreselijke ziekte.

woensdag 19 augustus 2009

We pakken de draad weer op

Deze maandag hebben we afscheid genomen van onze (schoon)zus en zwager, Huibke en Herman ten Hove en hun kinderen. Het was heel leuk om hen hier in Ekwendeni op bezoek te hebben. Het was bijzonder om ervaringen te kunnen delen en ons werk te laten zien. Zij zijn via Zuid-Malawi onderweg terug naar hun plek in Zimbabwe. Thomas en Marije genoten van hun neefje en nichtjes. Het was heel leuk om hen samen te zien spelen.

  image
  Familieportret net voor het vertrek van Annekes ouders.
  image
  Marije speelt met Maria in het zand.
  image
  Thomas en Pieter op hun motors achter ons huis.

De afgelopen weken waren erg intensief qua bezoek van Nederlanders: Arie van der Poel (onze GZB-regiocoördinator) en zijn gezin, Annekes ouders, een gemeentelid uit Oud-Beijerland (die 4 weken als vrijwilliger op de kinderafdeling werkte), Huibke en Herman, Reinder en Colinda Bil (die hier voor een half jaar komen werken). Het waren hele leuke ontmoetingen, maar zorg voor gasten en gezellige avonden zorgden ook voor het nodige achterstallig onderhoud in werk en administratie. Kortom, dat komt nu weer in alle hevigheid op ons af.

Anneke is nu ‘gewoon’ weer aan het werk in het ziekenhuis. Thomas is hersteld van zijn bacteriële infectie. Marije loopt weg van huis als we haar even uit het oog verliezen.

Ik (Martijn) ben deze week druk aan de slag gegaan met een survey onder de jeugd van de kerk. Met een groep van 5 mensen interviewen we 270 jongeren en 45 ouders/jeugdleiders verspreid over 9 gemeenten in het hele noorden van Malawi. De uitkomsten van deze interviews zullen worden gebruikt om in oktober een nieuw strategisch plan te maken voor de jeugd-afdeling van de kerk. We willen daarvoor graag weten wat de wensen en behoeften van de jeugd zijn.

  image
  Uitleg voorafgaand aan de interviews.
  image
  Interview in volle gang.
  image
  Ter bewijs dat ik er echt ook bij was.

De afgelopen 2 dagen zijn we in 4 gemeenten geweest. Het was bijzonder om te zien hoe sterk deze gemeenten van elkaar verschillen, qua jeugd, leiders en qua soort problemen die er spelen. Het zal nog lastig worden om daar een duidelijk beeld uit te destilleren. Overigens kwam uit de interviews die ik zelf deed al wel een bevestiging naar voren van het werk dat ik afgelopen half jaar deed voor de HIV&AIDS afdeling van de kerk: de jeugd weet prima wat de gevaren van AIDS zijn, maar gaan desondanks gewoon door met risicovol gedrag. Wat me met name raakte was dat heel veel ouders op de vraag “What is your main worry for your children?” aangaven dat ze erg bezorgd waren dat hun kinderen geïnfecteerd zouden raken met het virus.

Wat in alle 4 de gemeenten hetzelfde was, was de hartelijke ontvangst in de pastorieën. Op zich hadden we een heel strak schema (even terzijde: niet door mij bedacht), met nauwelijks tijd voor lunch. Maar we konden nergens weggaan zonder uitgebreid te hebben gegeten. En ‘s avonds sliepen we in de meer dan 100 jaar oude pastorie in Embangweni, in kamers waar ook de Schotse zendelingen nog hebben rondgelopen. Al met al een ervaring om niet snel te vergeten.

  image
  De pastorie in Embangweni, gebouwd in 1905 voor en door de Schotse zendelingen.
  image
  Onze slaapkamer in de pastorie.

vrijdag 31 juli 2009

Opnieuw een gastcolumn, nu van Annekes ouders

Deze week zijn Annekes ouders bij ons op bezoek. Zij schreven voor ons weblog een kort verslag van hun indrukken.

Een week geleden vertrokken we naar Malawi, waar we na een voorspoedige reis aankwamen.

Vanuit het vliegtuig konden we Anneke, Martijn, Thomas en Marije al op het luchthavengebouw zien zwaaien, het vliegtuig parkeerde zo dichtbij dat zij ons de trap af zagen komen, zodat de verwelkoming meteen kon beginnen.

Zij hadden zich de dagen ervoor erge zorgen gemaakt omdat Thomas enorm grote lymfklieren in zijn hals had. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zulke grote klieren bij een kind gezien heb. Ze waren bij een kinderarts geweest, die hem antibiotica voorschreef en gelukkig reageren de klieren daar goed op.

Een gezellige reis door het mooie Malawi volgde.

Wij hadden erg uitgezien naar de hernieuwde kennismaking met Thomas en Marije. Het ijs brak al heel snel, Thomas kende ons nog en praatte honderduit en Marije deed ook alsof het de normaalste zaak van de wereld was dat twee vreemde mensen meedraaiden in het gezin. Zij is een mini-mensje met een heel grappige en pittige uitstraling. We genieten erg van hen.

  image
  Marije voorlezen uit haar nieuwe boek.
  image
  Ondertussen wordt er gewerkt aan het kweken van de volgende generatie zendingsartsen.

We waren natuurlijk ook benieuwd naar hun huis en omgeving. Het opvallende en mooie is dat ze in een woonwijk tussen de mensen met wie ze werken wonen, zodat ze heel veel contacten hebben. De woning is vrij klein en zeker naar westerse begrippen zeer eenvoudig. Toch zijn ze er blij en tevreden mee.

Martijn besteedt veel aandacht aan de tuin en het resultaat mag er zijn, behalve groente oogst hij ook veel bewondering.

Wij slapen in een ruime leegstaande woning op een enige afstand, voorzien van alle nodige zaken, waaronder een heerlijk bed en een eigen bewaker voor de nacht.

Op zondagmorgen begon de kerkdienst al om 8 uur, het was een mooie zeer goed bezochte Heilig Avondmaalsdienst.

’s Middags de gebruikelijke zondagmiddagwandeling in de omgeving, waarbij oude Afrika herinneringen boven kwamen.

Anneke heeft deze week 4 dagen in het ziekenhuis gewerkt en ik(Piet) heb steeds met haar meegelopen. Heel bijzonder om je dochter aan bekend werk te zien. Ze is erg geduldig, vriendelijk en toegewijd, kortom een hoog tante Ineke gehalte (als 2 mensen dit als een compliment opvatten is dat precies de bedoeling). Iemand noemde haar ‘a blessing for the hospital”.

Op maandagmiddag heeft ze ons samen een rondleiding gegeven.

Ze is de enige arts, dus werk in overvloed. Gelukkig kent men hier medical officers, een soort HBO artsen, die veel en soms heel goed werk doen.

Met de kinderen heeft Anneke ons een dagje meegenomen naar Mzuzu, de grotere plaats in de buurt, voor weer een duik in het echte Afrika.

Martijn heeft ons ook een goede indruk van zijn werk gegeven, opvallend hoe hij in betrekkelijk korte tijd al zo goed ingewerkt lijkt en heel veel goede contacten opgebouwd heeft.

Indrukkendwekkend vonden we ook het bezoek aan de wekelijkse bijbelkring en bezoek van en aan vrienden.

  image
  Bezoek van bevriende buren.

vrijdag 10 juli 2009

Zomaar een kind in Malawi…

Soms wordt er door ontwikkelingsorganisaties zo vaak gepraat over de “rechten van het kind”, dat je er moe van wordt. En dat je denkt: “ja, ja, dat is inderdaad belangrijk, maar kunnen we het ook nog hebben over…”.

Nu ik dit typ, zit ik in het kantoor van LISAP, de HIV&AIDS afdeling van de kerk waar ik voor werk. Ik ben net terug van koffiepauze. Daar hoorde ik een verhaal dat je doet realiseren, dat de “rechten van het kind” nooit genoeg aandacht kunnen krijgen.

Vorige week tijdens een onderzoek in het kader van een hulpprogramma dat zich vooral richt op het weerbaarder maken van jonge meisjes, kwamen de onderzoekers van LISAP in een dorpje waar ze een meisje van 11 jaar oud spraken. Ze ging niet naar school.
“Waarom niet?”
“Omdat ik getrouwd ben?”
“11 jaar en nu al getrouwd? Sinds kort?”
”Nee, al 4 jaar.”

Zo’n schrijnend geval dat de onderzoekers ter plekke hun professionele neutraliteit aan de kant zetten en stapten naar de vader. Die zei dat ze – op zevenjarige leeftijd – zelf bij hem kwam met de mededeling dat ze een man had gevonden die met haar wilde trouwen. “Hoe kon ik weigeren?” Bovendien bracht die man 2 koeien mee als bruidsprijs…

De onderzoekers vroegen of zij het meisje voor 4 koeien mochten loskopen uit het huwelijk. Zodat ze tenminste eerst volgroeid kon worden. Ze hoefde niet eens naar school. Het antwoord van de vader was afwijzend, zelfs na indringende gesprekken met de oudsten van het dorp: “Willen jullie een prostituee van haar maken? Dit meisje weet alles over het huwelijk en nu wil je haar bij haar man weg halen? Dat gebeurt niet…” Hij was onvermurwbaar. En vroeg ook nog dreigend: “Heeft ze erover geklaagd dan?”

Op kantoor tijdens de koffiepauze werd er hoofdschuddend over gepraat. Trouwen op je 15e (na de basisschool die hier duurt tot 14 jaar), dat vond men nog tot daar aan toe. Maar op je zevende, dat sloeg echt nergens op. En ik maar denken dat 15 eigenlijk toch ook nog wel jong is…

Hoe complex is het en hoe lang zal het duren voor het gewoon zal zijn dat ook meisjes naar de middelbare school gaan en die afmaken.

LISAP heeft in elk geval voor één jaar geld gekregen om te werken aan gedragsverandering bij de meisjes en hun ouders. Eén jaar. Voor zo´n complexe problematiek?! Niet alleen de gedachtenkronkels van vaders in dorpjes in Malawi zijn onnavolgbaar…

Nog een paar andere opmerkelijke voorvallen uit deze week:

  • In het kader van het hiervoor beschreven verhaal over het leven van jonge meisjes in Malawi: Anneke deed deze week een zwangerschapsecho bij een meisje van 14 en een keizersnede bij een meisje van 17.
  • De anesthesist in het ziekenhuis vertelde terloops aan Anneke dat ze naast haar eigen 3 kinderen op dit moment nog 9 kinderen in huis heeft. Het zijn de kinderen van haar zus en zwager die zijn kort na elkaar zijn overleden en waarvoor zij de zorg op zich heeft genomen.
  • Anneke stond deze week om 2.00 uur ‘s nachts de ambulance aan te duwen. Die was haar komen halen voor een spoedgeval in het ziekenhuis, maar bij het wegrijden viel de motor uit en startte vervolgens niet meer. Gelukkig lukte het na een paar duwpogingen hem weer aan de praat te krijgen. Dit is overigens de enige nog werkende ambulance van het ziekenhuis. We wachten vol spanning af hoe lang hij het nog volhoudt.
  • De voornamen van mensen blijven me soms verbazen. Deze week werd ik geholpen door iemand die “Brainwise” bleek te heten...

zaterdag 4 juli 2009

Bemoediging

Vandaag kregen we een “bemoedigingsbezoek” van één van de secties van onze kerkelijke gemeente in Ekwendeni.

  image
  Beeld van een zondagmiddagdienst met onze sectie, bij ons achter in de tuin.

Allereerst even ter verduidelijking iets meer over de secties: onze gemeente is ingedeeld in geografische secties. Met die sectie komen we op zondagmiddag bij elkaar voor een korte dienst bij iemand in de tuin. Lang niet alle gemeenteleden gaan naar die diensten van hun sectie toe: in onze sectie zijn we meestal met 10-15 mensen. In de praktijk lijkt het een beetje op een bijbelkring die we in Nederland gewend waren. Alleen wordt er hier tijdens de middagdienst gecollecteerd (voor de wijkdiaconie) en worden pastorale bezoeken verdeeld. Al met al vinden we het een hele goede activiteit want zo worden eredienst, diakonaat en pastoraat bij elkaar gehouden. En zoals altijd in onze kerk: iedereen wordt ingeschakeld – je hoeft niet perse ambtsdrager te zijn om een pastoraal bezoek te brengen…

Elke maand gaat één van de secties op bemoedigingsbezoek bij de gemeentepredikant en één keer per jaar worden ook de andere (oud-)predikanten die in onze gemeente wonen bezocht. En ook de zendelingen. Zo kregen wij deze zaterdag een sectie (niet die van onszelf) op bezoek. Dat ging als volgt in z’n werk.

Er was aangekondigd dat zo’n 40-45 mensen zouden komen. Daarom hadden wij onze tuin een ruime hoeveelheid stoelen en zitmatten klaargezet. En we hadden drinken en eten voor zo’n 50 mensen ingeslagen en gebakken. Want dat hoort bij gastvrijheid.

Aangezien de dag hier vroeg begint, moesten we rekening houden met hun komst rond negen uur ‘s morgens. Dus zaten wij vanaf acht uur klaar om mensen te ontvangen. We blijven Nederlands in onze tijdsplanning.

In Malawiaanse stijl verschenen rond kwart over tien (niet negen uur) zo’n 20 mensen (niet 40-45) zingend bij onze voordeur. Men kwam niet met lege handen en terwijl wij de geschenken in ontvangst namen liepen de gasten door naar onze tuin. Daar hielden we een korte dienst met zingen, gebed, schriftlezingen en een korte meditatie (over ‘zout zijn’ naar aanleiding van de passage in de bergrede in Mattheus). We werden bedankt voor onze inzet voor de gemeenschap en voor wat daarvoor hebben willen achterlaten in Nederland.

Daarna was het tijd voor thee, koffie en wat meer. In Malawiaanse stijl waren de ingeslagen hoeveelheden voor 50 mensen ook precies genoeg voor 20 mensen…

Een bezoek als dit is voor ons ook weer een oefening in interculturele communicatie. Hoe ontvang je zo´n groep? Wanneer zeg je wat? Wat is het verwachte protocol? Wanneer bedank je voor de cadeaus? Gelukkig werden we door onze gasten geholpen met aanwijzingen en liep alles heel vloeiend zonder dat we het gevoel kregen al te grote blunders te hebben begaan. Toch moesten we achteraf wel een beetje lachen om sommigen dingen. Twee voorbeeldjes:

  • Cadeaus wordt je geacht zonder al te veel plichtplegingen en bedankjes in ontvangst te nemen en snel onopvallend en onuitgepakt weg te zetten. Maar aan het eind kregen we nog wel een expliciete opsomming van wat er precies was gegeven. (1 (levende!) kip, 3 kilo rijst, 2 kilo pinda’s, 2 liter limonadesiroop, 5 kilo aardappels, 1 kilo macaroni, een tros bananen, 30 eieren, 1 krat flesjes cola, 2 dozen koekjes, 2 kilo suiker, 1 pak wc-papier, 1 zeep, 1 brood, 1 bakje margarine, een halve liter olie, 500 gram zout.)
  • Aan het eind legde iemand uit dat het gebruikelijk is dat wat over is aan etenswaren door de gasten wordt meegenomen. Dus werden de schalen met koekjes en andere dingen door onze gasten in plastic zaken gedaan. “Zodat we bij thuiskomst ook nog aan jullie kunnen denken…”

Het is bijzonder om zulke bezoeken te krijgen. En we voelen ons ook wel wat bezwaard met alle giften die we kregen. We realiseren ons namelijk dat wat ze ons gaven voor hen relatief heel veel heeft gekost. Terwijl het voor ons eigenlijk gewoon extra is omdat we de dingen de we kregen ook prima zelf zouden kunnen kopen. Het voelt als de omgekeerde wereld: de ‘arme’ deelt van het weinige dat hij heeft de ‘rijke’. Maar juist daarom waarderen we het gebaar destemeer. Als teken van waardering en als teken van gemeenschap.

zaterdag 27 juni 2009

De tweede gastcolumn van opa en oma Van den Boogaart, die op bezoek zijn in Malawi

Het zat niet mee deze en vorige week met onze pogingen om vanaf vakantielocaties een internet-verbinding te krijgen. Inmiddels zijn mijn ouders weer veilig in Nederland aangekomen. Hieronder volgt alsnog hun verslag van de tweede week van hun bezoek.

Een groet uit Ekwendeni, Malawi (2)

We zijn al ruim veertien dagen in Malawi. De tijd gaat snel voorbij. Onze vorige column sloten we af met de belofte om een vervolg te schrijven. We gaan dan ook verder met het weergeven van onze belevenissen.

Woensdag 10 juni 2009

Na een vermoeiende vorige dag waren we toch al weer vroeg wakker. Op het moment dat we van de douche gebruik wilden maken viel de stroom uit. Er zat niet op dan ons met koud water te wassen en te scheren. Gelukkig was de stroomuitval maar van korte duur en kon toch nog gebruik worden gemaakt van warm water.

Bij aankomst in de woning van Martijn en Anneke moest er eerst nog gedweild worden, want de “plumbers” hadden vergeten de hoofdkraan van het water dicht te draaien voor een nieuwe poging om de elektrische boiler te laten functioneren. Martijn had een nieuwe boiler laten installeren om zodoende voor de warmwatervoorziening hout te besparen.

Na de koffie gingen Martijn, Thomas en opa een bezoek aan de carpentry brengen. Martijn was namelijk benieuwd of de eetkamerstoelen al klaar waren. De carpentry is een beroepsopleiding voor weeskinderen waar men les geeft in het timmervak. Deze beroepsopleiding gaat uit van de CCAP. Thomas staat steeds met belangstelling alle timmerhandelingen te volgen. Vooral van de cirkelzaagmachine is hij onder de indruk. De stoelen waren nog niet klaar. De afwerking van het stereokastje schiet al op, zodat binnenkort de stereo-installatie aangesloten kan worden.

  clip_image002
  De carpentry in Ekwendeni

Na de avondmaaltijd gaan we naar het huis van rev. Quinn waar we een bijbelstudie hebben. Anneke blijft thuis om op Thomas en Marije te passen. De bijbelstudie gaat over 1 Thess. 5. Nadat we enkele liederen met elkaar hebben gezongen gaat Martijn voor in gebed. Aansluitende bespreken we een aantal vragen uit een boekje, dat voor deze bijbelstudie gebruikt wordt. Nadat afgesloten is met een kringgebed drinken we een kopje koffie en thee met wat lekkers erbij. Daarna nemen we afscheid en gaan we naar huis.

Donderdag 11 juni 2009

Een nieuwe dag met nieuwe indrukken. We brengen ‘s morgens een bezoek aan het women empowerment programme van de CCAP. We krijgen een uiteenzetting over de start en opbouw van dit project. Het programma houdt in dat vrouwen leren hun eigen bedrijfje te runnen. Ze krijgen les in diverse onderdelen. Ongeveer zes weken krijgt een groep van ongeveer 10 à 12 vrouwen onderwijs in het opzetten van een kleine onderneming. Na afloop ontvangen de vrouwen een lening en kunnen ze starten met een bedrijfje op allerlei gebied. Voornamelijk worden bedrijfjes opgezet op het gebied van handel. Dat kan ook indirecte handel zijn. Bepaalde goederen worden verruild voor bijvoorbeeld mais dat dan verkocht wordt. De ontvangen lening moet binnen een half jaar terug betaald worden. Het project is uitermate succesvol. Na afloop brengen we een bezoek aan de naaischool, waar die morgen onderwijs wordt gegeven.

  clip_image006
  Op bezoek bij de naailes van het Women Empowerment Programme

‘s Avonds waren we uitgenodigd voor de maaltijd bij een docente aan een middelbare school (secondry school) in Ekwendeni. Zij komt oorspronkelijk uit Schotland en werkt al bijna tien jaar in Malawi. Zij behoort ook tot de CCAP gemeente van Ekwendeni. We hadden tijdens het eten een geanimeerd gesprek waarbij ze vertelde van haar ervaringen in Afrika.

Vrijdag 12 juni 2009

Deze dag gaan we naar Mzuzu, de plaats waar Martijn zijn officiële werkplek heeft. Hij laat ons de kantoren van de CCAP zien. Het was ook de bedoeling dat we kennis zouden maken met zijn baas, de deputy general secretary en de general secretary van de synod of Livingstonia. Zij zijn beiden niet aanwezig in verband met een begrafenis van een predikant in Chintheche. Deze plaats ligt ongeveer twee uur rijden van Mzuzu. We zullen ze die dag niet meer kunnen ontmoeten. Wel maken we kennis met de medewerkers van het synodesecretariaat en de afdeling waar de bijbel in het Tumbuka wordt hertaald. De bijbel is al eerder in die taal vertaald. Men is thans bezig met een herziening. Deze is bijna gereed.

  clip_image004
  Martijn achter zijn bureau
  clip_image008
  Martijn voor de deur van zijn werkkamer

In de stad Mzuzu gaan we ook boodschappen doen. Eerder op de ochtend waren we al naar de bank geweest en had Martijn brandstof getankt. In de stad bezoeken we enkele supermarkten om de diverse levensmiddelen in te slaan. Alles is niet op één plaats te verkrijgen, daarom rijden we steeds naar verschillende locaties. We bezoeken ook de groentemarkt. Het erover heen lopen is op zichzelf een belevenis. Diverse groenteverkopers hebben hun waren uitgestald. Dat geeft een bijzonder kleurrijk gezicht. Martijn gaat wekelijks naar deze markt en weet inmiddels aardig de weg om zijn inkopen te doen. Onderweg terug naar Ekwendeni zien we buiten de stad op het plaatselijke vliegveld twee helikopters staan. Eén daarvan is de presidentiële helicopter. De nieuw gekozen president Bingu brengt een bezoek aan Noord Malawi om zijn kiezers te bedanken. Dat is ook wel te merken, want er is veel politie op de been.

‘s Middags zijn we genodigd voor de thee bij een Malawiaans gezin. De man is predikant bij CCAP en heeft als taak om het jeugdwerk van deze kerk te organiseren. De vrouw van deze predikant verzorgt de taalles in het Tumbuka voor Martijn en Anneke. Dit gezin woont met hun kinderen enkele huizen van Martijn en Anneke vandaan. Naar Nederlands begrip zou je zeggen: ze wonen in dezelfde straat. Dit gaat in de omgeving waar Martijn en Anneke wonen niet helemaal op. De wegen zijn onverhard en bijzonder stoffig. Het is niet zoals in Nederland met overal met stenen of asfalt verharde wegen en straten. We worden door de familie hartelijk ontvangen. Het is in Malawi de gewoonte om elkaar pas in huis officieel te begroeten. Op het moment dat je zit komt men naar je toe om je te groeten. Ook de kinderen van de familie groeten ons. Dat gaat heel plechtig met een kniebuiging en het geven van een hand. De malawiaanse thee smaakt prima. Erbij worden allerlei soorten koekjes en cakejes geserveerd. Aan het einde van de middag worden we uitgeleide gedaan en loopt de familie nog een eindje met ons mee. Ook deze ontmoeting was weer heel bijzonder.

Zaterdag 13 juni 2009

Vandaag is het eerste dag van de vakantie van Martijn en Anneke. We hebben echter met elkaar besloten om nog het weekend in Ekwendeni door te brengen. Wel gaan we vandaag naar een wildpark. We bezoeken Vwaza Wildlife Reserve. We gaan op tijd weg en bereiken tegen de middag dit park. Het duurt even voordat we het wildpark mogen inrijden. We gaan eerst maar bij een hut een boterham eten. We hebben dan geluk want een poosje later doemt er niet zover van ons vandaan een kudde olifanten op. Zij lopen op enkele tientallen meters afstand aan ons voorbij en steken een doorwaadbare plaats over en verdwijnen dan in de richting van een andere deel van het wildpark. We kunnen fraaie foto’s nemen. Marije doet net of het hondjes zijn en roept steeds: waf, waf! Dat we geluk hebben blijkt wel kort daarna, wanneer een gids met een drietal toeristen aan komt lopen en vervolgens moet constateren dat de olifanten reeds uit het gezicht verdwenen zijn. Eén van de toeristen is duidelijk teleurgesteld en uit dat ook richting gids. We rijden daarna door het park om nog andere dieren te zien. We hoopten ook nog iets te zien van nijlpaarden, maar die bleven aan de andere kant van een meertje. Er was niet meer dan de contouren van deze dieren te zien. Al met al was het een prachtige belevenis en keerden we terug naar Ekwendeni.

Zondag 14 juni 2009

Deze dag werd voor ons wel heel bijzonder. ‘s Morgens stonden we vroeg op om op tijd in de kerk te zijn. Toen we tegen acht uur samen met Anneke - Martijn paste op Thomas en Marije - richting de kerk liepen kwam het gezang van het koor ons al tegemoet. De predikant preekte over het thema “Het is goed” naar aanleiding van het verhaal van Elisa bij de Sunamitische vrouw (2 Koningen 4). Na afloop van dienst moesten de leden van de wijk waartoe Anneke en Martijn behoren op het kerkplein bij elkaar komen om enkele mededelingen aan te horen. Eén van deze mededelingen was dat de kerkelijke bijdrage van hun wijk wat tegengevallen was en dat er een inspanning moest komen om het gewenste bedrag te bereiken. Hierna gingen we koffie drinken. Tijdens het koffiedrinken kregen Martijn en Anneke bezoek van het hoofd van de verpleegkunde-opleiding met zijn vrouw. Zij werden toen uitgenodigd om samen met ons naar hen toe te komen. Helaas moest dit uitgesteld worden omdat Martijn en Anneke ons nog een ander deel van Malawi wilden laten zien.

Voor de middagmaaltijd waren wij uitgenodigd bij de achterbuurvrouw van Martijn en Anneke voor een traditionele Malawiaanse maaltijd. We kregen kip met groenten en rijst geserveerd. Daarbij kregen wij ook nsima. Dat is mais op traditionele wijze bereid en die met de handen gegeten wordt. Voordat de maaltijd begint wordt er eerst handen gewassen. Dit gaat als volgt. Met een kan lauw of koud water en een schaal gaat men langs de gasten en de andere huisgenoten die mee-eten en giet het water over de handen. Nadat iedereen zijn handen had gewassen ging een neefje van elf jaar voor in gebed. Vervolgens werd de maaltijd geserveerd, die bijzonder smaakvol was. Na afloop eindigde Martijn met dankgebed. Bij het uitgeleide doen bedankten wij onze gastvrouw voor de ontvangst en de heerlijke maaltijd. We liepen vervolgens naar huis en gingen daarna samen met Anneke naar het huis van mama Ellen - de oppas voor Thomas en Marije - kijken. Zij stond ons al op te wachten aan de overkant van het ziekenhuis waar Anneke werkt. Na een kwartiertje lopen bereikten we haar huis in aanbouw. Dat zag er niet bepaald rooskleurig uit. Wegens geldgebrek wordt het huis niet afgemaakt. Hierna ging we naar haar huis in de wijk van Ekwendeni waar mama Ellen woont.

Onderweg daar naar toe zien we veel armoedige huizen. Het huis waar mama Ellen thans in woont is een huurhuis en ligt in een armoedige wijk. De omstandigheden waaronder de mensen moeten leven en wonen is niet rooskleurig. Het is voor ons eigenlijk niet voor te stellen hoe deze mensen hun dag doorbrengen. Velen hebben geen werk en zien uit naar wat voedsel om van te leven. Martijn en Anneke willen mama Ellen helpen voor zover dat in hun vermogen ligt. Dat valt echter niet mee. Voordat mama Ellen weduwe werd had ze een goed bestaan. Haar man had een baan bij de overheid en verdiende genoeg om in hun levensonderhoud te voorzien. Nadat ze echter weduwe was geworden veranderde dit voor haar en haar kinderen.

  clip_image010
  Anneke voor haar dokterskamer in het ziekenhuis.

We zijn onder de indruk gekomen van het werk van Martijn en Anneke in Malawi. Voordat we hier naartoe gingen hadden we ons wel een beeld gevormd. Het is echter anders om alles met eigen ogen te zien en het ook mee te beleven. Malawi is een mooi land met veel natuurschoon. Er is echter veel armoede. Vele inwoners hebben geen geld om zelfs in hun eerste levensbehoeften te kunnen voorzien. Vele huizen zijn schamel. Ze hebben veelal onvoldoende geld om van de gezondheidszorg gebruik te maken. De contrasten zijn enorm. Het werk dat Anneke en Martijn in Malawi doen betekent heel veel voor de plaatselijke bevolking. Daarom is het gebed voor hen zo nodig om de Heere God te vragen dat het werk van hun handen gezegend zal worden.

We zouden nog veel meer kunnen schrijven. Dat zullen we ook doen, maar deze column moeten we nu afronden. Nog een enkele dag en we moeten afscheid nemen en vliegen terug naar Nederland. Het afscheid nemen zal ons zwaar vallen. We hebben drie weken met elkaar opgetrokken en veel met elkaar gedeeld en veel van het land Malawi gezien. Het was een indrukwekkend weerzien en tevens een indrukwekkende belevenis. We hebben vele foto’s gemaakt. Aan de hand daarvan zullen we onze indrukken en ervaringen overbrengen.

Piet en Willy van den Boogaart.

maandag 15 juni 2009

Op veler verzoek: weer een poging om een foto op de weblog te krijgen

Na de diefstal en de nieuwe computer is het niet meer gelukt om foto’s gepubliceerd te krijgen. Ik doe nu een nieuwe poging.

  image
  Met (o)pa en (o)ma Van den Boogaart aan de maaltijd in Ekwendeni.