maandag 24 november 2014

Aangrijpende ontmoetingen

Zingend werden we ontvangen door een aantal vrijwilligers van palliative care toen we in een klein dorpje aankwamen. Meestal ga ik niet zelf mee op palliative care outreach, maar probeer ik mijn bijdrage te leveren in ons wekelijks teamoverleg. Omdat het nu niet zo druk was in het ziekenhuis lukte het om vandaag mee op pad te gaan met het team. Het was wel weer eens goed om te zien hoe het bij mensen thuis eraan toe gaat.

Zo kwamen we bij een man die al negen jaar op een matras in zijn kamer lag, nadat hij half verlamd was geraakt door tuberculose in zijn rug. “Brengt iemand je af en toe weleens naar buiten?”, vroeg ik hem. “Nee. Nooit.” was zijn reactie. "Uitzichtloos" zouden we dat in Nederland misschien noemen. Het bijzondere was dat deze man helemaal niet klaagde. Hij had geen pijn en hij kon zichzelf op zijn zij rollen. Een jongen die hem verzorgde, zette elke ochtend eten binnen zijn bereik en ging vervolgens naar school. Verder had hij een klein radiootje naast zich en zo kwam hij de dag door. Af en toe werd hij door vrijwilligers in het dorp bezocht. Ik werd daar wel stil van.

Vandaag sprak ik ook een weduwe.  Een jaar geleden is haar man overleden. Ze woont nog steeds met haar kinderen in het huis waar ze met haar man woonde, maar wordt er nauwelijks getolereerd. Ze heeft het gevoel dat de familie van haar man haar liever weg zou willen hebben omdat ze dan het land dat ze verbouwt kunnen inpikken en soms proberen ze dat al. In Malawi komt het zogenaamde property grabbing nog steeds voor, ook al is het nu bij wet verboden. Property grabbing houdt in dat de familie van een overleden man de bezittingen die hij heeft achtergelaten komt opeisen van de achtergebleven vrouw. Zelfs haar kinderen kunnen van haar afgenomen worden.

Gelukkig is dit allemaal niet gebeurd in dit gezin, maar nog steeds merk je dat de weduwe weinig rechten heeft. In Malawi is er een systeem dat de armsten een bon krijgen waarmee ze voor heel weinig geld dure kunstmest kunnen kopen. Als je je eigen mais verbouwt kun je niet zonder deze kostbare kunstmest. Hoewel ze toen haar man nog leefde deze bon voor gesubsidieerde kunstmest kreeg, nu stond haar naam niet meer op de lijst. Ze telde niet meer mee.

Van zulke dingen word ik boos. De bijbel staat vol over hoe het recht van weduwen en wezen wordt vertrapt en dat God dat veroordeelt. Hoe kunnen we als kerk of als gemeenschap tegen zulk onrecht ingaan en juist om weduwen en wezen  heen staan?
Aan het einde van zo’n dag laat ik alles nog eens passeren. Het waren aangrijpende ontmoetingen. Lijden en onrecht komen heel dichtbij. Om stil van te worden of boos van te worden. Wat zou Jezus doen? En wat kan ik doen?